Levensbeschrÿving
|
Sofia
Mavroidi-Papadaki werd geboren 26 Juni 1898 in Fourni,
Lasitia op Kreta en overleed op 27 Juni 1977 Kallithea.
Ze begon als leerling op de meisjesschool te Fourni en vervolgde
haar studie dan de Hoge meisjesschool in Neapolis.
Ze vervolgde haar studie te Herakleio op Kreta waar ze haar
onderwÿsakte behaalde en werkte voor Korte tÿd als
onderwÿzeres op de lagere school van Kreta.
Vervolgens verhuisde ze naar Athene om haar studie te vervolgen
en liet zich inschrÿven op het Franse Instituut of tewel
“Institut Superieurd’Etudes Francaises” waar ze haar diploma
behaalde als letterkundige in de Franse taal.
|
Ze vervolgde haar studie aan de Universiteit te Athene waar ze in
1931 haar akte verkreeg als taalkundige.
Ze trad in het huwelÿk met de dichter en officier van de
zeemacht Kostas A. Papadakis en wÿdde zich aan het onderwÿs
in de letterkunde.
Ze werkte 40 jaar lang als Lerares aan het Middelbaar en Hoger
onderwÿs.
Ze onderwees voornamelÿk in de Nieuwe en Oud Griekse letterkunde
en in de Griekse geschiedenis.
In 1970 trok ze zich terug uit deze aktieve dienst.
Naast haar onderwÿskundige loopbaan als dichteres, letterkundige,
novelle schrufster heeft Sofia Mavroidi-Papadaki zich veelzÿdig
en intensief beziggehouden met o.a. radioprogramma’s, journalisme, met
dialect (streektalen) en vertalingen van buitenlandse letterkunde.
Met het gedicht “Daskala” [“De Onderwÿzeres”] gepubliceerd
in “Pnoi” [“Pion”] van L. Mavridi verschÿnt Sofia Mavroidi-Papadaki
in de Nieuw Griekse letterkunde en met andere samenwerking en vertaling
vanuit de Russische Literatuur publiceert ze in het tÿdschrift
“Logos” [“Woorden”].
Buitengewoon success hadden de dichterlÿke bewerkingen van de serie
Portugese Sonneten van Elisabeth Barett Braunink die verschenen in
“Nea Estia” en andere literaire tÿdschriften.
Vanwege dit werk wÿdde de dichter Kleandros Kartheos aan haar
een van zÿn beste gedichten die werden gepubliceerd in ‘t
“Pneumatiki Zoi” [“Physchische Leven”] van Mely Nikolaidis.
De eerste gedichtenverzameling “Ores Agapis” [“Uren von Liefde”] werd
in 1934 met enthousiasme ontvangen door Kostas Palama, kritikos.
Sofia Mavroidi-Papadaki hield zich bezig met literaire werken en
in ’t bÿzonder met kinderliteratuur en kindertoneel,
wat blÿhet uit delÿst van haar werken.
Eveneens hield ze zich bezig met kritiek schrÿven over het Boek
en het Toneel in een kolom van het “Pneumatiki Zoi”
[“Physchische Leven”] en in het blad and “Neoelliniki Logotexnia”
[“De Nieuw Griekse Letterkunde”].
Veel von waar essays en recensies zÿn verschenen in
tÿdschriften en encyclo pedieen van Charis Pastsi.
Eveneens met een omvangrÿk essay schreef ze ‘t voorwoord van
het werk van Kondilaki en de “Spoudi” [“Studie”] van Ellie Alexiou.
Sofia Mavroidi-Papadaki nam deel aan de Nationale Weerstand en haar
tweede verzomeling gedichten “Tis Niotis Kai tis Leutherias”
[“Jeugd en Vrÿheid”] kreeg de prÿs van de Nationale
Weerstand in 1946.
Tÿdens de Albanese oorlog, gemobiliseerd door ‘t Ministerie
van Onderwÿs, onderwees ze via de radio, toen de scholen
gesloten waren, lessen in opstel aan alle Griekse Kinderen.
Voor deze samenwerking kreeg ze lofprÿzing van het Ministerie
van Onderwÿs.
Van 1928 tot heden is haar aanwezig heid in de Griekse Letteren
onophoudelÿk.
Ze is lid van “Het begrip van de Griekse letterkunde” van
“De kring van het Kinderboek” en “De Academie van de Franse balade”
en heeft vÿf boeken uitgegeven, vertalingen uit het Engels en
het Frans.
Maar bovenal is Sofia Mavroidi-Papadaki dichteres.
Haar werk is geinspireerd door de strÿd (kamp) van het Griekse
volk, de liefde voor de mens en de moderne problemen van het leven.
En optimistisch strÿdend realisme, met als doel vrede en
menselÿk geluk, karoatiserend haar gedichten.
Veel van haar gedichten zÿn op muziek gezet en worden gezongen
door het Griekse volk, andere zÿn in Griekse maar ook vele
buitenlandse bloemlezingen te vinden, vertaald in de Granse, Engelse
en ook anchre Europese talen.
Het gedicht “Empros Ellas” [“Voorwaarts Griekenland”] werd geschreven
April 1944 en goedgekeurd als hymne van de ELAS, de muziek werd
geschreven door Nikos Tsakonas, die ook de gedichten “Antartopoules”
[“De Partisanen”] en “Thrinos” [“De weeklacht”] op muziek zette.
De “Ergetirio” [“Ontwaking”] werd door een okdukende musicus op muziek
gezet en de “Irinikos” [“Vreedzaam”] door Miki Theodorakis en “Niata”
[“De Jeugd”] door Foivos Anagnostakis.
Dit gedicht werd als hymne van EPON gezongen, werd door heel
Griekenland verzorden en beluisterd in zeven verschillende
uitvoeringen.
Het archief van Sofia Mavroidi-Papadaki wordt in zÿn geheel
bewaard onder hoede van de Griekse Societeit van Iderkunde en
historie.
Haar meest verschenen werken zÿn :
Gedichtenverzamelingen :
1. “Ores Agapis” [“Uren van liefde”], “Flamma”, [“Vlaamse”],
uitgave, 1934.
2. “Tis Niotis kai tis Leuterias” [“Jeugd en Vrÿheid”], uitgegeven
in 1946 door het “Nea Vivlia” [“Boekennieuws”]. Een jaar na haar dood
werd opnieuw de dichtbundel gepubliceerd van haar eerst uitgaven.
3. “Louloudi tis Tefras” [“De bloem van as”], uitgegevendoor Mavridis,
1966.
4. “Arate Pilas” [“Eén voor één door de poort”],
uitgave, 1991 ELIA.
Letterkundige Werken :
1. “To paramithi tou Olumpou” [“Het Sprookje va de Olympus”],
uitgegeven door Loukatos in 1943.
2. “Atalanti, I neraida tou dasous” [“Atalanti, de bosnimpf”],
uitgegeven door Pexlivanidis in 1957.
3. “O Aleksandros kai I Gorgona” [“Alexander en de zeemeermin”],
een histirische roman. Jaar van uitgave 1959.
4. “Tzavellas, I psysi tou Souliou” [“Tzavellas, de greest van Soelioux”].
Editie politieke/letterkundige uitgeven 1961.
5. “To lalima tis kampanas” [“Het klokkengelui”] novellen.
Uitgave kinderbibliotheek P.L.E, 1965.
6. “Istories apo to Byzantio” [“Byzantynse geschiedenissen”],
drie delen.
7. “Alkisti, I vasilissa pou nikise to thanato” [“Alkisti, de
koningin, die de dood overwon”], Uitgave 1973.
8. “Mithi kai thrili tis Romis” [“Mythes en legends van Rome”],
na haar dood uitgegeven en door herhaaldelÿke uitgaven in
tÿdschriften werden deze bekend.
Uitgave 1984 Kastaniotis.
9. “O mikros periigitis” [“De kleine reiziger”] (drie dolen).
Herhaaldelÿk afgedrukt in het tÿdschrift “Ellinopoulo”
van P.Dimitrakos’s de eerste jaren na de oorlog.
Uitgave 1981 Kastaniotis.
Toneel werken :
1 “Elliniko sxoliko theatro” “De Griekse toneelschool”, Uitgave,
“Thisauri Gnoseon” [“Rÿkdomvan Wÿsheid”], 1959 met 33
toneelstukker voor kinderen als inhoud.
Vertalingen buitenlandse letterkunde :
1. “The man of property” John Galsworthy, jaar van uitgave 1947.
2. “Rebecca” Daphne du Maurier, jaar van uitgave 1947.
3. “Hard times”, Charles Dickens, jaar van uitgave 1952.
4. “The Pastures of Heaven” John Steinbeck, jaar van uitgave 1932.
5. “The Maison Tellier”, Guy de Maupassant, jaar van uitgave 1953.
Vertalingen van Toneelstukken :
1. “The Cocktail Party” T.S. Elliot, uitgegeven 1968.
In 1970 door het theater van Elsa Vergi ten tonele gebracht.
2. “The Vikings at Helgeland” Henrik Ibsen, uitgegeven 1972.
In 1973 door het theater van Elsa Vergi ten tonele gebracht.
Vrÿe vertaling : Maria Beletsi,
Judy Panagiotou.
|